Songwriting in gebarentaal

Hoofdstuk 5 Het concept.

 

Naar aanleiding van het hiervoor beschreven literatuur- en praktijkonderzoek heb ik het volgende idee ontwikkeld. Ik heb gekeken naar diverse aspecten: 1) wat is er op dit moment aan muziek te vinden in de dovenwereld en 2) hoe ik als horend persoon muziek ervaar en wat voor mij de essenties daarvan zijn. Het eerste heb ik als uitgangspunt genomen en het tweede heb ik vertaald naar een concept voor mensen die niet of nauwelijks kunnen horen, dat dezelfde essentie heeft als muziek voor horenden. Ik zal hieronder dit concept uitleggen.

 

5.1 Muziek voor doven nu

 

In het voorgaande hoofdstuk staat beschreven wat er op dit moment aan muziek gedaan wordt in de dovenwereld. Op dovenscholen, als er al muziek gegeven wordt bestaat dat veelal uit het gebaren van vertaalde liedjes. Het is goed voor te stellen dat deze vertaalde liedjes als saai en oninteressant ervaren wordt door de doven omdat muziek voor hen niet dezelfde kwaliteit en uitdaging heeft als muziek voor horenden, omdat het een aantal belangrijke aspecten mist. Ook bij andere muzikale activiteiten die op doven gericht zijn, als daar zijn de muziekfestivals, Visuele Muziek en gebarenkoren, mis ik de echte muzikaliteit. Hieronder zal ik dit nader toelichten.

 

Visuele muziek – muziektolken

 

Wat de laatste jaren ook in Nederland een opkomend fenomeen is, is de muziektolk. Tom Uittenbogert speelt een grote rol in Nederland als initiator van de cursus/opleiding voor ‘Visuele Muziek’. Dit houdt in dat hij tolken opleidt om muziek te tolken. Ook in Bolivia bestaat derde deel van de gebarencursus Boliviaanse Gebarentaal, uit een deel ‘Visuele Muziek’. Er werd aandacht besteed aan het vertolken van muziek waarbij de cursisten twee zelfgekozen nummers moeten vertalen in gebarentaal en deze op hun examen moeten presenteren.

 

Het verschil tussen de muziektolken is groot. De ene is creatiever dan de andere en kan het gevoel en de tekst van de muziek beter of mooier overbrengen dan de andere. Om een nummer om te zetten in een mooie gebarenvertaling, heb je veel inlevingsvermogen nodig maar ook creativiteit om de gebaren op een mooie manier in elkaar te laten overlopen, een goede vertaling van de tekst te laten zijn en ook de emotie en stijl van het lied over te brengen aan het publiek.

 

Muziektolken worden ingezet bij sommige popconcerten, op de Parade en bij sommige musicals op bepaalde data, zoals bij Ciske de Rat waarbij zowel tekst als muziek vertolkt worden door één (soms twee) tolken. Een aantal muzikanten werken nauw samen met gebarentolken zoals Frederique Spigt en SIA. Frederique werkte samen met een gebarentolk  tijdens haar theaterconcerten ‘Beest’. Haar band was uitgebreid met een extra bandlid, de actrice en gebarentolk Mindy Brown, die op een hele mooie en creatieve manier ‘oogmuziek’ maakte. SIA maakt in haar videoclips (‘Soon we’ll be found’ en ‘You’ve changed’ ) gebruik van veel visuele effecten en gebarentaal.

 

Gebarenkoren

 

Een interessante vorm van visuele muziek zijn de gebarenkoren. Dat is een groep mensen die zingt in gebarentaal, net als een gewoon koor. De gebaren worden simultaan gemaakt en er ontstaat dus een koor die een gebarenlied zingt. Voorbeelden daarvan zijn te vinden in o.a. een videoclip van SIA ‘Soon we’ll be found’ waarin een groep van ongeveer 10 mensen met gekleurde handschoenen het refrein gebaart. Verder staan op Youtube diverse uitvoeringen van dovenscholen in Amerika en een cursus van Paul Witthaker genaamd ‘Sing Up’ waarin gebarenkoren gebruikt werden. In Nederland bestaan wel een paar gebarenkoren maar die zijn voornamelijk georganiseerd rondom kerkdiensten. Een voorbeeld is ‘Open Handen’ te Papendrecht. Buiten de kerk is er geen informatie te vinden over het bestaan van andere soorten gebarenkoren in Nederland, zoals bijvoorbeeld een gebaren-popkoor.

 

Overig aanbod van muziek voor doven in Nederland

 

Er wordt door verschillende organisaties en gezelschappen aandacht besteed aan muziek, muziektheater en activiteiten waarbinnen muziek een rol speelt. Ik zal hieronder de belangrijksten kort beschrijven namelijk het ‘Handtheater’, ‘Mutesounds’ en ‘Sencity’.

 

Het Handtheater te Amsterdam bestaat sinds 1990 en richt zich op tweetalige theater- en muziektheatervoorstellingen (Nederlands en Nederlandse gebarentaal). Het is een initiatief geweest vanuit de dovengemeenschap. In een aantal van hun voorstellingen speelt muziek ook een rol en wordt de muziek gecombineerd met gebarentaal.

 

Mutesounds is een muziekevenement voor doven en slechthorende jongeren. Het is ooit begonnen als een afstudeerproject van een aantal studenten van de studie Culturele Maatschappelijke Vorming. Mutesounds zorgt op de festivals voor een grote variëteit aan prikkels. Op de website worden de festivals omschreven als ‘een unieke beleving door de emotie van muziek op verschillende manieren te vertalen. Naast de muziek worden de zintuigen op een spectaculaire manier geprikkeld. Met een trilvloer waarop je de muziek voelt, muziektolken die gesproken tekst vertalen, theateracts, dansers, interactieve installaties, prachtige lichtshows en videoprojecties.’

 

Sencity is een initiatief van Ronald Ligtenberg. Hij organiseert zo’n twee keer per jaar in samenwerking met dove en horendje jongeren een muziekfeest genaamd Sencity. In middels heeft Sencity ook succes geboekt in Kenia, Brazilie, Finland, Australie, Belgie, Chili, Zuid-Afrika en Duitsland. Deze muziekfeesten zijn ontstaan toen Ronald naar aanleiding van en cursus nadacht over het idee dat alles waar je echt voor gaat, je ook voor elkaar kunt krijgen. Hij dacht na over wat er eventueel ‘onmogelijk’ zou kunnen zijn en kwam op het idee van ‘doven laten genietenvan muziek’. Op de feesten van Sencity werken alle zintuigen samen om doven te laten genieten van muziek; er zijn muziektolken, trilvloeren, lichteffecten, videobeelden, geurjockeys en dansers.

 

Op vele manieren wordt geprobeerd muziek toegankelijk te maken voor doven. Via beelden van VJ’s, via trilvloeren, via het vasthouden van ballonnen bij concerten, via muziektolken, via dansers, via geuren, noem maar op. Deze manieren van muziek op een andere manier beleven zijn er voornamelijk op gericht om muziek te kunnen waarnemen en te participeren in het uitgaansleven op een manier die voor doven interessant en leuk is. Er wordt voornamelijk beroep gedaan op de tast en het gezichtsvermogen. Veel van deze toevoegingen aan de ervaring van muziek zijn buitenmuzikaal maar geven doven en slechthorenden ingangen om te participeren in de gebieden waarin muziek een rol speelt. Zij kunnen door deze extra toevoegingen aan de muziek meer plezier beleven tijdens het uitgaan.

 

Alles gaat dus over het ‘ervaren van muziek’ maar feitelijk worden er hele andere ervaringen aangeboden die een toevoeging zijn op de muziek en vooral de sfeer van de muziek weer proberen te geven. Nader bekeken is dit geen ‘muzikale ervaring’, hoewel het voor veel doven wel een hele leuke ervaring is het een stuk interessanter is dan het reguliere uitgaansleven. Muziek luisteren en muziek maken vereist specifieke muzikale vaardigheden en heeft een muzikaal doel in tegenstellig tot het zijn in een omgeving met muziek zoals bij het uitgaan.

 

De Visuele Muziek die op dit moment in Nederland aan de orde is, heeft een heleboel mooie en muzikale aspecten en maakt liederen toegankelijk voor doven. Toch zijn er een aantal aspecten die ik op muzikaal gebied mis als ik kijk naar muziektolken en gebarenkoren.

 

Wat ik mis qua muzikaliteit is het feit dat allebei de vormen van muziek visueel maken afhankelijk zijn van de muziek en tekst die al bestaat en weinig aanspraak doen op de eigen muzikaliteit van degenen die het uitvoeren. De gebaren moeten passen bij de tekst van het nummer en zijn vaak een letterlijke vertaling van die liedtekst. Het gebarenkoor is afhankelijk van de  ‘souffleur’ of de dirigent die letterlijk voordoet wat het koor moet gebaren, omdat hij/zij degene is die de muziek wel hoort. Als de doven het zelfstandig zouden gebaren, zouden ze uit maat gebaren en niet gelijk met de tekst zijn omdat ze die niet horen.

Bij het vertolken van muziek door een speciale muziektolk is de hoorbare muziek ook het uitgangspunt en de gebarenversie staat niet los van deze muziek. Het heeft dus geen muzikale zelfstandigheid en als de hoorbare muziek wordt weggelaten is het eigenlijk een verhaal dat door een groep mensen gelijktijdig in gebaren wordt vertaald omdat er geen rekening gehouden wordt met rijm, metrum en ritme van de gebarentekst.

 

De Visuele Muziek is dus een vertaling en een voortvloeisel uit reeds bestaande muziek waardoor het er wel mooi uit kan zien maar in feite een slap aftreksel is van wat er werkelijk te beleven is in de muziek. Het heeft in feite niet veel met die muziek zelf te maken heeft behalve de tekst die het ritme van de muziek volgt  en eventueel de stijl en expressie die passen bij het soort muziek. Het gebaren van vertaalde liedjes is ondanks alle vertaalslagen van de emotie, tekst en ritme van muziek in de grond van de zaak vergelijkbaar met het (in het geval van een koor klassikaal) reciteren van een krantenartikel en heeft niet heel veel met muziek te maken.

 

5.2 Ritmeband en songwriting

 

Uit het bovenstaande heb ik mijn conclusie getrokken: er mist iets in de manier waarop muziek aangeboden wordt aan doven in het onderwijs en daarbuiten. Er mist een bepaald inlevingsvermogen van horenden en muziekdocenten in wat muziek voor doven is en hoe muziek aangepast kan worden voor doven zodat zij een ervaring van muziek kunnen hebben die gelijkstaat aan wat horenden ervaren in muziek.

 

Deel 1 van mijn concept is het onderdeel ritmeband. Dat is iets wat al veel gedaan wordt in muziekonderwijs voor doven omdat percussie erg toegankelijk is voor doven. In de Volta Review introduceert Edith Radcliffe al in 1926 het idee van de ritme-band of het ritme-orkest. De instrumenten die aan bod komen zijn allerlei percussie-instrumenten: drums, triangels, tamboerijnen, belletjes, cymbalen etc. Ze zegt: ‘ If the music played with these instruments is carefully chosen, the result is not at all displeasing even to a good musical ear. And the children themselves love it.’  Verderop in het artikel beschrijft Radcliffe hoeveel plezier de kinderen beleven aan het spelen van de ritmes. Als bijkomend voordeel noemt ze het feit dat het ritmegevoel wat de kinderen ontwikkelen hen helpt bij het op een meer natuurlijke wijze spreken en het verbeteren van hun spraak die vaak vlak en monotoon is. (Edwards, 1974 p 93)

 

Gevoel voor ritme is iets wat mensen aangeboren in zich hebben, doof of horend. (Zie het onderzoek van HenkJan Honing) Verder is ritme een element in de muziek wat je behalve horen ook heel goed kunt voelen en zien. Wat belangrijk is bij het spelen in een ritmeband met doven is het visuele en het tactile om te zorgen dat er gelijk gespeeld wordt. Doven kunnen sowieso zelf wel ritme voelen en houden maar het spelen in een groep is weer een stap verder en levert de extra moeilijkheid op van het samenspelen op dezelfde puls, waarbij er dus zeer goed gekeken moet worden naar elkaar en de puls door iedereen gelijk gevoeld moet worden. Het leren lezen van notenschrift is een grote hulp in het samenspelen en duidelijk maken van een ritme-stuk en is daarom wat mij betreft een must. Behalve de praktische kant daarvan geeft het een belangrijke theoretische en visuele basis aan de leerlingen wat erg handig is in het tweede deel van mijn concept.

 

Deel 2 van mijn concept gaat voor een groot deel over song-writing.  Er bestaan in alle talen songteksten. Voor doven worden songs vaak vertaald naar gebarentaal en dan tegelijk met de hele groep gebaart terwijl er gekeken wordt naar de docent die het voordoet. Maar net zoals een song vertaald uit het engels naar het nederlands al nooit meer de originele essentie en gevoelswaarde van de woorden en ook niet meer dezelfde nuances bevat als het origineel, zo is dat ook met gebarentaal en vertaalde songs. Gebarentaal is een taal die zijn eigen nuances, woordgrapjes, rijm en ritme heeft en bij het vertalen van een song vanuit een andere taal naar gebarentaal gaat dat voor een groot deel verloren.

 

Muziek is voor een groot deel communicatie. Doven communiceren niet met gesproken taal maar met gebarentaal. Ik vind daarom dat de songs die ze leren in hun eigen moedertaal moeten zijn en ook geschreven moeten zijn in die taal. Zoals gezegd: een vertaling van een lied wat al bestaat heeft niet dezelfde lading en voldoet veelal niet aan de voorwaarden van wat ik zie als een volledig muzikale ervaring (mits het een heel goede vertaling is die rekening houdt met de kenmerken van gebarentaal en rijm en ritme). Er zijn over de hele wereld zoveel songwriters in allerlei talen en ik denk dat het in gebarentaal ook mogelijk is om songteksten te schrijven en die te integreren met muziek van de ritmeband, wat uiteraard uitgebreid kan wordt tot hele orkesten, electronische muziek etc.

 

Belangrijk hierbij is dat de songteksten muzikaal gemaakt zijn met oor en oog voor het ritme van de song, waarbij rekening gehouden wordt met een logische volgorde van gebaren, met rijm in gebarentaal, met voldoende mimiek. Verder is het belangrijk om te kijken naar de mogelijkheden om meerstemmigheid toe te voegen aan de song. Een refrein wat herhaald wordt is voor doven om te zien vaak niet erg interessant. Bij herhaling moet er altijd gedacht worden aan een toevoeging, visueel of in de muziek. Mijn ervaring is dat doven over het algemeen herhaling niet te lang interessant vinden en dat de veel visuele prikkels nodig zijn, veel mimiek en verandering. De gebaren moeten duidelijk zijn, logisch in elkaar kunnen overlopen en interessant zijn. Net als dat een songtekst deze kwaliteiten moet hebben om een goede songtekst te zijn, moet een songtekst in gebarentaal dat ook. Bij het interpreteren van een gezongen lied legt degene die de song interpreteert ook accenten in het gebruik van zijn stem en in de timing. Dat is precies wat degene die een gebarentaalsong interpreteert ook doet

 

Als deze 2 aspecten, de muziek en de tekst geïntegreerd worden net zoals een songwriter akkoorden, een ritme, instrumenten, melodieën zoekt bij de tekst of andersom, de tekst bij een ritme of melodie, dan ontstaat er een song, een lied, een muziekstuk wat voor doven veel interessanter is dan het puur gebaren van een vertaalde songtekst zonder interactie met de muziek zelf.

 

Wat het totaal van deze 2 aspecten is: de geluiden en trillingen, georganiseerd in een structuur plus de songteksten in gebarentaal is een (ritme-)band met songteksten op het ritme van de band. In mijn opinie voldoet dit concept aan de kenmerken van een volledige en volwaardige muzikale ervaring.

 

Het verschil met dans

 

Het gebaren van songs heeft veel raakvlakken met dans. Hieronder wil ik het verschil tussen dans en gebarensongs verder uitwerken opdat er geen verwarring ontstaat bij de lezer en om de vraag die velen mij al gesteld hebben tijdens het proces van deze scriptie: ‘ Maar wat is het verschil dan tussen dans en gebarentaalsongs?’ te beantwoorden.

 

Als dans en gebarentaalsongs vergeleken worden zijn er de volgende overeenkomsten op te merken:

 

  • Dans en gebarensongs gaan allebei over fysieke beweging op muziek
  • De bewegingen in zowel dans als gebarensongs hebben een betekenis
  • Mimiek is een belangrijk onderdeel
  • De bewegingen zijn gemaakt op het ritme van de muziek
  • Het zijn geordende bewegingen in een structuur

 

Er zijn echter een aantal fundamentele verschillen tussen dans en een gebarentaalsong

 

  • Gebarentaal is een erkende taal met grammatica, dans is een taal zonder grammatica, non-verbaal. De gebaren in gebarentaal zijn wel degelijk woorden.
  • Gebarentaal kent rijm, net als gesproken taal en de teksten van een song in gebarentaal houden rekening met rijm. Bij dans is er geen sprake van directe rijm tussen de bewegingen en van een tekst met rijm.
  • Elk gebaar heeft een specifiekere betekenis dan de bewegingen van een dans.
  • Een gebarentaalsong heeft de structuur van een song met coupletten en refreinen. Dans heeft wel structuur, herhaling etc maar niet zodanig als in een gebarensong. De structuur van de gebarensong komt heel nauw overeen met de structuur van songteksten.
  • Een gebarentaalsong kun je vertalen naar gesproken taal. Bij een dans is het mogelijk om een samenvatting of beschrijving te geven van de betekenis maar niet zo letterlijk als een gebarensong. 

 

In feite kun je een song in gebarentaal vergelijken met rap. Rap heeft niet persé een melodie maar wel accentuering van woorden, veel expressie en maakt veel gebruik van de ritmes van woorden en rijm. Het enige verschil is dat je deze parameters niet kunt horen maar wel kunt zien: visuele accentuering, visuele expressie, visueel rijm en visueel ritme.

 

5.3 Hoe ontstaat een gebarensong?

 

Veelal als ik een songtekst schrijf begin ik met de tekst. Meestal vrijwel gelijk komt er ook een melodie of begeleiding in mijn hoofd maar over het algemeen is de tekst voor mij de leidraad. Dit is niet voor iedereen hetzelfde en mijn onderstaande beschrijving is niet gebonden aan een vaste volgorde. Het is ook mogelijk om te beginnen met het ritme of begint het schrijven van de song met het idee voor een bepaald arrangement. Ik zal de volgorde hieronder aannemen die ik meestal gebruik maar uiteraard is die volgorde geen vaststaand stramien.

 

De gebaren

 

Net als met het schrijven van een songtekst in het Nederlands brainstorm ik bij het thema wat ik heb gekozen en zoek ik naar rijmwoorden die passen bij het thema. De boodschap die ik wil overbrengen in de song heb ik vaak ongeordend in mijn hoofd. Daarna ga ik de woorden en zinnen die bij me bovenkomen ordenen en mooi en passend maken. Dan ontstaan coupletten en een refrein. In gebarentaal gaat dat eigenlijk precies hetzelfde. De rijm in gebarentaal bestaat in de overeenkomst in handvormen en bewegingen. De belangrijkste gebaren uit die voortkomen uit het thema neem ik meestal als leidraad. Bijvoorbeeld in de song Mis manos (Mijn handen) heb ik de handvorm van de B-hand en de open hand als rijmvorm genomen. Met deze twee handvormen ga ik vervolgens kijken welke gebaren nog meer deze handvorm hebben en met deze gebaren ga ik aan de slag. Ik schrijf de gebaren op in de structuur waarin ik de song schrijf, bijvoorbeeld AABA of ABAB. Ik let in dit proces vooral op de boodschap en de rijmende gebaren, bijvoorbeeld dat de belangrijkste boodschap in het refrein zit, met wat ik wil dat de coupletten duidelijk maken, of er een brug in komt of een intro en outro en wat die toevoegen aan de boodschap. Het ritme en de overgangen zijn in dit stadium nog niet belangrijk. Vaak heb ik daar wel al ideeën over en neem ik die mee in het schrijven maar het gedetailleerde ritme van de gebaren komt in de fase hierna.

 

Bij het schrijven in gebarentaal is het belangrijk dat de gebaren logisch in elkaar overgaan en dat er geen vreemde bewegingen ontstaan tussendoor. Dit heeft alles te maken met hoe ik de gebaren in het ritme wil plaatsen, het tempo van de song en de begeleidende ritmes die ik hierbij wil schrijven. Soms moet je gebaren een andere plaats geven in de zin, herhaling toepassen etc.

 

Het ritme

 

Bij het schrijven van gebarensongs heb je te maken met twee soorten ritmes. Het hoorbare ritme en het visuele ritme, oftewel het ritme wat de band gaat spelen en het ritme wat de gebaren hebben. Bij het ritme van de gebaren ga ik uit van het ritme wat je ziet als het gebaar gemaakt wordt, niet van het ritme van het woord wat bij het gebaar hoort. Bijvoorbeeld het gebaar voor ‘lejos’ (wat ‘ver weg’ betekent in het Nederlands) heeft twee lettergrepen als je het woord uitspreekt. Het gebaar daarentegen is één vloeiende beweging van de wijsvinger die begint bij de hand van de andere (gestrekte) arm tot aan de schouder. Het ritme van het woord en het gebaar zijn dus totaal verschillend.

Het ritme van de gebaren is dus erg belangrijk voor het hele ritme van de song en heeft ook invloed op het ritme van de band. (In het geval dat je eerst de bandpartij schrijft moet je er dus andersom rekening mee houden dat de gebaren en de muziek kloppen met elkaar en logisch zijn.)

 

Het uitbreiden en arrangeren van de gebarentaalsong

 

Gebarensongs componeren en daarna arrangeren is een interessante uitdaging voor de componist maar ook de uitvoerders zullen in een uitgebreider arrangement met meerdere groepen en een ingewikkeldere structuur de nodige uitdaging vinden. Qua uitvoeringspraktijk is het vooral geschikt voor de meer gevorderden. Het vergt veel coördinatie en communicatie tussen de spelers om goed in de maat te blijven en de gebaren moeten dezelfde intonatie hebben (dus precies hetzelfde gebaard, net als de uitspraak van de klank in een muziekstuk). De puls moet tevens door iedereen precies hetzelfde gevoeld worden om gelijk te blijven.

 

De gebarentaalsong kan uiteraard eenstemmig uitgevoerd worden, dus dat alle personen op dezelfde maat hetzelfde gebaren. Dit vereist al aardig wat vaardigheden zoals een goede coördinatie, ritmegevoel en communicatie tussen de spelers. Maar natuurlijk kan dit uitgebreid worden en is er behalve eenstemmigheid nog veel meer mogelijk.

 

Een gebarentaalsong kan ook meerstemmig uitgevoerd worden. Bij meerstemmigheid is er sprake van harmonie en zanglijnen die door elkaar lopen. De groep die zingt wordt verdeelt in meerdere kleine groepen die elk hun eigen partij zingen. Dit is in het geval van gebarensongs precies hetzelfde. Een hoorbare harmonie van akkoorden is in het geval van de gebarensong niet aan de orde. De meerstemmigheid moeten we dus zoeken in het visuele. Er zijn een aantal manieren om een gebarensong meerstemmig te maken. Voor gebarentaalsongs is dat niet altijd hetzelfde als in een normale koorzetting. Hieronder zal ik een aantal mogelijkheden uitlichten.

 

·       Homofoon/polyfoon

In het geval van een homofone zetting voor koor, zal dat in de praktijk wat betreft gebarentaalsongs, niet overkomen aangezien alle stemmen nog steeds tegelijkertijd hetzelfde gebaren. Meerstemmigheid wordt pas interessant in het geval van gebarentaalsongs als de zetting polyfoon is.

 

·       Voor en achtergrond

Bij gebarentaalsongs die voor meerdere stemmen gearrangeerd worden is het belangrijk te letten op de plaatsing in de ruimte. Er moet sprake zijn van voor- en achtergrond omdat anders het geheel een kakofonie wordt en het publiek overdonderd wordt door een veelheid aan gebaren en de samenhang niet meer kan ontdekken.

 


Ik heb met Band Beeld gewerkt met een band-formatie waarbij de zangers allemaal een functie hadden uit de band. Er was een drumlijn, een akkoordenschema en een lead. Deze lijnen werden langzaam opgebouwd tijdens het stuk en wel zodanig dat de stemmen elkaar aanvulden en niet afleidden van het geheel. (Zie mijn Youtube-kanaal) Uiteraard kunnen er ook andere formaties bedacht worden en andere opstellingen. Belangrijk is de focus van het stuk want omdat alles taal is en dus betekenis heeft, is het onmogelijk alles tegelijk te zien.


·       Vraag en antwoord

De groep bestaat uit twee of meerdere groepen die in een vraag-en-antwoord-spel gebaren. De aandacht wordt van de ene groep naar de andere groep verplaatst. De groep die de rusten heeft neemt een neutrale houding aan of blijft in een ‘freeze’.

 

·       Ostinaat

In een van de groepen wordt een patroon van gebaren herhaald terwijl de andere stem een wisselende tekst heeft in hetzelfde ritme als de ostinaat. Belangrijk is dat de ostinaat een zeer ritmisch patroon heeft, liefst met body-percussion-elementen erin zodat de bovenste stem dit goed kan waarnemen en in hetzelfde ritme kan blijven.

 

·       Accentuering en dynamiek

Een groep of persoon gebaart de lead. De andere groepen gebaren slechts enkele gebaren mee als accentuering. De gebaren die geaccentueerd worden door de hele groep maken het gebaar sterker en zorgen voor ritmische tekstaccenten in de muziek. Ook door middel van de manier van gebaren kan dynamiek gemaakt worden. Gebaren kunnen klein gebaard worden of groot, wat overeenkomt met zacht of hard zingen. Hierin kunnen uiteraard crescendi en decrescendi worden aangebracht.

 

·       Canon

Een canon in gebarentaal werkt hetzelfde als een gewone canon. De groep wordt verdeeld in twee groepen of meer en gebaren hetzelfde lied met verschillende inzetten.  Belangrijk is dat de groepen visueel contact maken omdat dit een vrij moeilijke vorm is en de groepen het lied heel goed moeten kennen en het ritme precies hetzelfde moeten voelen anders loopt het niet gelijk. In eerste instantie is een canon met twee groepen al een grote uitdaging maar ik ben ervan overtuigd dat het ook drie- of vierstemmig kan.